Driemaal boemelen naar Normandië en Bretagne
 

In 2022 ben ik voor het nodige veldwerk aan een van mijn fietsgidsen driemaal per trein naar Normandië of Bretagne gegaan.

Ik heb overwogen om mijn fiets gedemonteerd in een hoes met de Thalys mee te nemen, maar de nadelen hiervan vond ik te groot. Een plek in de Thalys moet altijd geboekt worden en is niet goedkoop als je dat kort van tevoren doet. Speurend naar tickets constateerde ik dat er alleen nog plekken waren in treinen die pas in de middag vertrokken. Het voordeel van de korte reistijd weegt dan niet meer op tegen de nadelen:
(1) hogere kosten dan een reis met regionale treinen;
(2) extra tijd nodig om eerst naar Amsterdam te reizen (het beginstation waar de Thalys het minst vol is en waar je de meeste tijd hebt om een geschikte plek voor een verpakte fiets te vinden);
(3) extra tijd nodig voor het demonteren en inpakken van mijn fiets op Amsterdam Centraal, plus uitpakken en weer rijklaar maken op Gare du Nord);
(4) toch niet zo vroeg arriveren in Parijs, zodat ik daar moet overnachten en pas de volgende dag verder naar Normandië kan reizen.

Ook heb ik gekeken bij Flixbus. ‘s Middags vertrekt er een bus met fietsvervoer uit Den Haag, die ‘s avonds om 21 uur aankomt in Paris-Bercy. Dan zal ik daar moeten overnachten en de volgende ochtend naar een station aan de andere kant van Parijs moeten fietsen. Ook niet handig. Bovendien weet ik van ervaringsdeskundigen dat er best vaak wat misgaat bij Flixbus: bussen en chauffeurs die uitvallen, fietsen die kort van tevoren toch niet mee blijken te kunnen, forse vertragingen, gemiste aansluitingen en uiteindelijk stranden op een plek waar je niet dood gevonden wilt worden, zonder zicht op een oplossing.

Uiteindelijk heb ik toch maar weer gekozen voor de relatieve vrijheid, de niet al te hoge kosten én de ongemakken van een dagje boemelen door België en Frankrijk. Enkele maanden eerder had ik al gebruik gemaakt van het aanbod om een extra voordelige 'Carte Avantage Sénior' bij de SNCF aan te schaffen, die op de meeste Franse treinen (maar niet de Thalys) 25 procent reductie geeft. Deze kortingskaart heb ik op 1 april in laten gaan. Zodra ik een paar weken niks belangrijks in mijn agenda heb staan en de weersverwachting gunstig is, wil ik vertrekken. Veldwerk betekend voor mij stukjes fietsen met veel onderbrekingen voor het maken van aantekeningen, foto's en waypoints. In de stromende regen is dat niet te doen. Dus als er slecht weer wordt verwacht en ik niet gebonden ben aan een reeds geboekte trein, wacht ik liever een paar dagen later tot er beter weer op komst is.

Van tevoren heb ik de mogelijke treinopties naar Noord-Frankrijk in kaart gezet. (De kleuren van de tijden in de tabel komen overeen met de kleuren van de trajecten op de kaart.)

 
 
 

Voor mijn eerste veldwerkperiode wil ik in Normandië beginnen en dan terugfietsen tot aan de Belgische grens. In april 2015 had ik dat al eens gedaan (zie dit forumtopic). Toen reisde ik met intercitytreinen via Antwerpen Centraal naar Lille Flandres. Daarvandaan kon ik met redelijk snelle regionale treinen (TER) Parijs links laten liggen en wist ik via Amiens en Rouen nog voor de avondschemering Caen te bereiken.

Destijds kocht ik alle tickets nog in automaten op stations. Dat hoeft nu niet meer, en gaat zelfs niet meer als je in Nederland recht op korting hebt en/of een internationaal fietskaartje nodig hebt. Dat fietskaartje koop ik nu online bij de NMBS. Voor mijzelf gebruik ik van Leiden tot Breda een keuzedag en schaf ik online een los ticket aan van Breda tot Antwerpen.

 
26 april 2022, etappe 1: Leiden - Komen per trein (310 km)
 
 

Voorzien van deze tickets neem ik eerst een trein van Leiden naar Schiphol, waar de intercity naar Brussel stopt. In de vorige eeuw stopte deze intercity ook in Leiden, maar nu ik in deze stad woon is dat al lang voorbij. Na het Fyrafiasco (zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Fyra) werd Den Haag HS gedurende enkele jaren het beginstation van deze intercity, vanwege een tekort aan materieel. Daar stond deze trein dan nog vrijwel leeg te wachten op reizigers; pas vanaf Rotterdam werd het dan druk. Ook dat is inmiddels passé.

Vandaag is er op Schiphol nog plek voor mijn fiets in deze trein, maar de zitplaatsen in de naastgelegen coupé zijn al bezet. Gelukkig stappen er in Rotterdam wat mensen uit, en kan ik nog net een stoel bemachtigen voordat nieuwe instappers de trein nog voller maken. Dit is de reden waarom ik eerst naar Schiphol ben gegaan en niet gelijk naar Rotterdam. De intercity's naar België zijn geen dubbeldekkers, rijden slechts eenmaal per uur en zijn vaak erg vol.

In Antwerpen moet ik overstappen en koop ik gelijk een Rail Pass, die nu Standard Multi blijkt te heten; uit de NMBS-automaat haal ik deze tienrittenkaart voor 87 euro (sinds kort ook verkrijgbaar in de NMBS-app voor 3 euro minder). Een reis van de Nederlandse grens tot aan de Franse kost meer dan een paar tientjes, dus met 5 van zulke ritten is deze kaart al voordelig. Bovendien is de papieren Standard Multi niet persoonsgebonden. Als er in oktober nog ritten over zijn, geef ik hem wel aan mijn zus die in Gent woont.

 
 

Helaas rijden er in 2022 geen rechtstreekse treinen meer van Antwerpen Centraal naar Lille Flandres. (Update: in 2023 rijden er weer een rechtsreekse intercitytreinen van Antwerpen Centraal naar Lille Flandres.) Je moet nu overstappen in het nog altijd liftloze station van Kortrijk (zie https://nvbs-actueel.com/2022-11-november/het-bedreigde-station-van-kortrijk), dat nota bene een belangrijk regionaal spoorwegknooppunt is. Ik heb hier maximaal 12 minuten om mijn fiets uit de ene trein te krijgen en dan trap-af-trap-op (zonder fietsgoot) mijn hele hebben en houden in de boemeltrein naar Lille te tillen. Dan moet de eerste trein geen vertraging hebben en de conducteur direct het fietsenhok ontgrendeld hebben. Dit zijn conventionele Belgische treinen met afgesloten fietskotten, die alleen door een treinbegeleider geopend kunnen worden. Elders in België rijden steeds meer treinen met extra, niet afgesloten fietsplekken, maar die gaan niet naar Kortrijk.

Daarom heb ik besloten om nu niet in Kortrijk over te stappen, maar nog even in de trein te blijven zitten tot het stationnetje van Komen. De conductrice heeft het onthouden en ontgrendelt in Komen gelijk het fietsenhok. Dan moet ik alleen mijn fiets nog zonder foute manoeuvres op het perron zien te krijgen, dat minstens een meter lager op railniveau ligt! De treinbegeleidster observeert mijn verrichtingen geduldig voordat ze haar trein zijn rit laat vervolgen naar Ieper en Poperinge.

 

 
26 april 2022, etappe 2: Komen - Lille op de fiets (20 km)
 
 

Niet alleen het minimalistische station, ook de rest van Komen is een onvervalst stukje Belgische rafelrand. 'Comines-Komen' valt op de gevel van het station te lezen. Eeuwenlang hoorde het stadje bij Vlaanderen, dat wil zeggen het gedeelte op de linkeroever van de Leie, die hier de grens met Frankrijk vormt. Toen in 1963 de taalgrens in België werd vastgelegd, kwam Komen samen met het naburige Waasten in Wallonië te liggen omdat de meeste bewoners hier Frans als moedertaal hebben. Met de Voerstreek gebeurde toen het omgekeerde. Sindsdien zijn Komen-Waasten en de Voerstreek elkaars wisselgeld en spiegelbeeld; een Waalse exclave omringd door Vlaanderen en Frankrijk versus een Vlaamse exclave omringd door Wallonië en Nederland; een Vlaamse versus een Waalse minderheid; de heuvels in Voeren versus 'Le Plat Pays' in Komen. Als ik in een café met een Franse naam in mijn beste Frans koffie bestel, reageert de man achter de bar zonder dralen in het Nederlands. Ik had het kunnen bevroeden, als ik een paar jaar terug een reportage in de Groene Amsterdammer (/www.groene.nl/artikel/je-haalt-stemmen-met-prietpraat) over 'de catch 22 van België' goed had gelezen.
Na de brug over de Leie wordt Komen definitief Comines. Deze kant is al sinds de Vrede van Utrecht helemaal Frans; tot enkele kilometers stroomafwaarts bij Menen, waar de Leie Frankrijk verlaat.

Met de wind in de rug fiets ik over binnenwegen en jaagpaden de 22 km naar Lille, waar pas om 15:53 weer een trein naar Amiens vertrekt. Als ik in Kortrijk was overgestapt op de trein naar Lille Flandres, had ik daar 2 uur lang op diezelfde trein moeten wachten. Dan fiets ik nu liever een uurtje in de lentezon.

Tegen 15:00 uur sta ik voor de imposante façade van station Lille Flandres. Het is de originele voorgevel van het Gare du Nord in Parijs, dat in 1860 bij de bouw van een nieuwe voorgevel in stukken werd gezaagd en op zijn huidige plek in Lille is herbouwd.

 
 
26 april 2022, etappe 3: Lille - Lisieux per trein (355 km)
 
 

Door de slechte aansluitingen tussen de Belgische en Franse treinen op Lille Flandres ben ik om 16:00 nog niet op de helft van de reis die ik af wil leggen. Als ik vanochtend een uur eerder (dus in de ochtendspits) had kunnen vertrekken, had ik nu al in Amiens kunnen zijn. Alleen rijdt er tussen 10:24 en 17:24 geen enkele trein van Amiens naar Rouen! Tijdens deze daluren rijden er slechts een paar bussen, of moet je met een grote omweg via Parijs reizen. Typisch Frankrijk...

In 2015 waren de verbindingen op dit traject iets beter, maar toen was het vanwege een treinstaking onduidelijk welke treinen uit zouden vallen. Ook kostte het me toen best veel moeite om te doorgronden hoe de kaartjesautomaten hier werkten. Nu kan ik mijn tickets online bemachtigen, al is de storingsgevoeligheid van het internet en de betaalapp hier nog wel een dingetje. Het doorlopen van de leercurve van de nieuwe reisplanner van de SNCF valt me mee. Binnen afzienbare tijd lukt het me om mijn Franse kortingskaart en de opgeslagen tickets op het scherm van mijn iPad te toveren. Voor alle zekerheid heb ik van die kortingskaart ook een afdruk in mijn stuurtas liggen, maar uiteindelijk heeft geen enkele conducteur er naar gevraagd. Zodra ze een QR-code kunnen scannen, zijn ze tevreden.

In Amiens heb ik circa 10 minuten om over te stappen op de trein naar Rouen. Dat is best krap, omdat Amiens een ingewikkeld station is. Destijds kon ik hier met een roltrap omhoog en moest ik daarna via een hoge vaste trap naar beneden naar een nog niet gemoderniseerd perron, waar een trein klaarstond die eigenlijk al had moeten vertrekken. Nu is de overstap redelijk relaxed. De trein naar Rouen staat ditmaal klaar op een perron dat ik zonder trap of lift (die is er inmiddels, maar niet voor elk perron) kan bereiken.

Met de snelheid van een Nederlandse Intercity Direct (160 km/uur) rijdt deze trein met weinig tussenstops naar Rouen, waar hij tegen 19:00 uur aankomt. In 2015 was hier nog een camping op een half uurtje fietsen van het station. Het was een echte Franse stadscamping zonder toeters en bellen, met een paar beheerders die al dik in de 80 waren. Die konden blijkbaar geen opvolger vinden, want inmiddels is deze camping ter ziele. Andere campings liggen dermate ver buiten de stad, dat ik nu liever op de trein naar Caen stap. Ook in Caen is echter al jaren geen camping meer waar tentkampeerders welkom zijn.

Dan maar een hotel? Voor alle zekerheid open ik de app van Archiescampings nog even. Er blijkt een camping municipal te zijn in Lisieux, waar de trein van Rouen naar Caen ook stopt. Deze camping heeft een eigen website en enkele recente reviews, dus zal hij nog wel bestaan. Rond 20:15 arriveer ik in Lisieux. Het valt niet tegen. Het station ligt aan de doorgaande lijn Parijs-Cherbourg, een traject dat niet wordt verwaarloosd om een concurrerende hogesnelheidslijn rendabel te krijgen, want TGV's komen niet in deze contreien. Hoewel Lisieux bepaald geen wereldstad is, is hier zelfs geïnvesteerd in liften.

 
 
De camping ligt 4 km van het station. De receptie is dicht en gaat morgen pas na 9 uur open, maar het is hier ook mogelijk om een nacht online te boeken en gelijk af te rekenen. Gek genoeg kan dat weer niet voor de nacht die nu gaat komen, dus boek ik maar voor morgen en zet ik er een berichtje bij dat ik de boeking een dag eerder heb geconsumeerd. Ik zoek een plek op de bijna lege camping, zet mijn tent op en leg een powerbank aan een stopcontact in het verlaten washok. Die haal ik wel weer op tijdens mijn onvermijdelijke toiletbezoek halverwege de nacht.
 
27 april 2022: Lisieux - Carentan per trein (124 km)
 
 

Gisteren heb ik tijdens de treinreis maar weinig gedronken en 's avonds geen biertje kunnen scoren; de winkels in het dorp waren al dicht. Daardoor heb ik de hele nacht in de tent kunnen blijven liggen, zonder sanitair uitstapje. Zodoende kom ik pas 's ochtends rond 7:30 weer in het washok, waar ik constateer dat er is schoongemaakt en dat mijn powerbank verdwenen is. Blijkbaar is deze meegenomen door de schoonmakers; of achtergelaten bij de receptie, die pas open gaat als ik al in de trein zit. Het is vooral jammer van het goede laadsnoertje. Het simpele powerbankje, dat ik 3 jaar terug voor 10 euro in Duitsland had gekocht toen mijn Zzing haperde, was vermoedelijk al over de helft van zijn levensduur.

Gelukkig heeft de batterij van mijn iPad nog voldoende lading voor de rest van deze treinreis, zodat de opgeslagen treinkaartjes en dienstregelingen zichtbaar blijven. In veel Franse treinen zijn ook stopcontacten te vinden, maar daar staat niet altijd spanning op - of niet genoeg om een iPad wakker te schudden. Bovendien heb ik dan het laadstekkertje nodig, dat ik nu kwijt ben geraakt.

In Caen moet ik overstappen en heb ik een koffiepauze ingelast. Pal naast de koffietent is een winkelcentrum met een heuse HEMA, waar ik op zoek ga naar een nieuwe powerbank. Een 'batterie de secours portable' blijkt zo'n ding hier officieel te heten. Mijn vertaalapp geeft ook nog 'banque d'alimentation' als alternatief, maar als ik dat dan weer terug in het Nederlands laat vertalen, wordt het 'voedselbank'. Gewoon 'powerbank' begrijpt het HEMA-personeel hier ook, als je het maar op z'n Frans uitspreekt. 'Ah oui, une peauverbànc!', zegt de verkoopster zodra het kwartje bij haar valt.

Aan het eind van de ochtend stap ik uit in Carentan. Na anderhalve dag boemelen en een kort stukje fietsen kan ik mijn persoonlijke D-day in Normandië vieren. Hiervandaan fiets ik de komende weken terug naar huis. Samen met mijn nieuwe powerbank, die ik nog verschillende keren op het nippertje heb kunnen redden voor aanstormende schoonmakers of na een lange nacht heb moeten bevrijden uit een laverie, salle de jeux of bezemkast die vaak 's avonds werden vergrendeld, kort nadat ik daar voor mijn powerbank een vrijwel onzichtbaar stopcontact in een donker hoekje had gevonden.

 
19 augustus 2022: Leiden - Saint Quentin per trein (353 km)
 
In de zomer ga ik opnieuw naar Normandië. Weer met de trein naar Carentan, waar ik ditmaal mijn eigen route langs de kusten van Cotentin wil nafietsen en ook nog een stuk van de Vélomaritime wil verkennen, die hier vooral voies vertes in het binnenland volgt. Ditmaal wil ik via Parijs reizen, met een overnachting in de buurt van Saint Quentin, waar ik een klein stukje van de frontlijnroute wil aanpassen.
 
 

Ditmaal neem ik niet de intercity naar Brussel, omdat een fietsplek in deze trein in juli en augustus gereserveerd moet worden, en je dan maar moet hopen dat er ook nog een zitplaats vrij is, want die kan weer niet gereserveerd worden. Bovendien wil ik nu niet via Kortrijk en Lille, maar via Charleroi en Maubeuge reizen. Dan is het handiger om niet in Antwerpen of Brussel, maar al in Essen - net over de grens bij Roosendaal - in een dan nog lege trein te stappen die rechtstreeks naar Charleroi rijdt. Een unique selling point van de intercity naar Roosendaal is dat deze ook in Leiden stopt. Om 9:15 stap ik in.

In Roosendaal stap ik over op de boemel naar Antwerpen, die om 11:21 vertrekt. Vroeger was dit een korte trein met een afgesloten bezemkast waar een paar fietsen in pasten, maar dat is veranderd. Er is nu veel meer ruimte voor fietsen, die zonder hulp van een conducteur gebruikt kan worden. Het zou helemaal fijn zijn als dit niet de stoptrein richting Antwerpen was, maar de intercity naar Charleroi, die nu 10 km verderop in Essen begint. Doortrekken van deze intercity naar Roosendaal schijnt niet te kunnen omdat de Belgische dubbeldekkers die deze intercitydienst rijden, niet geschikt zijn voor het Nederlandse spoornet. De 'varkensneus' uit de jaren '70 is dat wel.

 
 
In Essen staat de volgende trein al klaar: een typisch Belgische dubbeldekker. Deze hebben veel ruimte voor fietsen, maar hoe je daar met je fiets moet komen, is wel een dingetje. Voor fietsen, kinderwagens en rolstoelen is een extra brede en lage ingang gemaakt, die echter niet door de reizigers geopend kan worden. Wie van deze ingang gebruik wil maken, moet een treinbegeleider vinden die hem wil openen. Er is ook een alternatief: simpelweg door de smallere ingang ernaast. Die heeft echter een verhoogde instap.
 
 
Maar die hoge instap is niet het enige. Om in de fietscoupé te komen, moet je na het instappen weer vier treden omlaag om in het halletje achter de brede deuren te komen. Veel reizigers met fietsen, waaronder ik zelf, verkiezen dit ongemak boven het moeten wachten op een bereidwillige treinbegeleider. Dat is namelijk kostbare tijd, waarin fietsplekken bezet kunnen worden door andere reizigers. Waarom de brede deuren niet door reizigers geopend mogen worden, is me een raadsel.
 
 
Eenmaal voorbij de brede deuren is een grote ruimte waar fietsen tegen klapstoelen gezet kunnen worden. In Essen is deze ruimte nog leeg...
 
 
...maar na Antwerpen is het gedaan met de rust.
 
 

In Brussel-Zuid staat de trein wat langer stil om een bescheiden volksverhuizing mogelijk te maken. Even lijkt de fietscoupé leeg te stromen, maar dan volgt een invasie van gezinnen met kinderwagens en krijsende koters. Was het tot Brussel nog een gezellige bende van vakantiefietsers onder elkaar, nu klamp ik me vast aan de hoop dat die koters niet tot Charleroi meereizen. Even later komt er nog een hevig zwetende mountainbiker bij. Zijn bovenlijf wordt slechts door een hemd bedekt en verspreidt een neusverdovende lucht die doet vermoeden dat hij al dagen onderweg is zonder douche, bad of zwempauze. Hij neemt plaats naast een moeder met jonge kinderen, die er niks van lijken te merken. Mijn zintuigen trekken het niet langer. Ik vlucht naar een nabijgelegen uitgang waar ik zowaar nog een leeg klapstoeltje aantref.

Iets na 14:00 uur stap ik opgelucht uit. Station Charleroi Sud, dat sinds kort Charleroi Central heet, blijkt een fotogenieke bouwput onder de fly-over van een snelweg te zijn. Aftandse, rijk bespoten treinen rijden hier af en aan.

 
 
 
 

Van Charleroi naar Maubeuge reden tot december 2022 maar twee treinen per dag. Zonder tussenstops, dat wel. Daarna is het aantal treinen hier verviervoudigd. Ze rijden nu om de twee uur, maar tot de Franse grens zijn het wel stoptreinen geworden. Dit is nu een prima alternatief voor de route via Kortrijk en Lille geworden, als je naar Parijs wilt. Het is hetzelfde materieel als op de lijn Antwerpen-Kortrijk-Lille, de zogenaamde 'WC-bril' met een afgesloten fietsenkot.

De treinbegeleidster is nog ver weg en het is niet druk, dus zet ik mijn fiets voor dit korte ritje op een wat breder stuk van het gangpad, vlakbij het fietsenkot. Bij aankomst in Maubeuge staat de trein naar Parijs al klaar op het naastgelegen perron.

 
 
Hoewel het traject Maubeuge-Parijs bekend staat als schrootlijn, staat er nu een moderne trein klaar met een lage instap en fietshaken. Vijf jaar terug had ik in dit liftloze station op zoek moeten gaan naar een ticketautomaat, maar gelukkig is hier mobiel bereik en doet de SNCF-app z'n werk. Op naar Saint Quentin!
 
 
 
19-20 augustus 2022: Rondje bij Saint Quentin op de fiets (35 km)
 
Tegen 16:30 arriveer ik in Saint Quentin. Ook hier zijn geen liften. Voor goederenvervoer is dit nog steeds de kortste spoorverbinding van Brussel naar Parijs, maar sinds de voltooiing van de hogesnelheidslijn is dit traject voor personenvervoer gedegradeerd tot een zijspoor naar vergeten provinciestadjes, waar afdankertjes van de SNCF hun laatste ritjes mogen maken en nieuwe liften lang op zich laten wachten...
 
 

Vanaf Saint Quentin fiets ik over stille jaagpaden naar Séracourt le Grand, waar ik overnacht op een mooie camping tussen de ooibossen langs de Somme. Om de hoek is een épicerie annex pizzeria. Het lijkt zowaar wel vakantie!

 
 
Een van de trajecten van de frontlijnroute had ik hier niet langs laten gaan, omdat het toch wel een omweg is. De volgende ochtend fiets ik de rest van mijn veldwerkrondje. Ik trek de conclusie dat de nieuwe route, die 21 km lang is, meer fietsplezier biedt dan de 15 km lange oude route. En een extra camping is ook mooi meegenomen.
 
20 augustus 2022, etappe 1: Saint Quentin - Parijs per trein (154 km)
 
 
Iets na 11:00 uur duw ik in Saint Quentin mijn fiets de trap op naar het perron waar de trein naar Parijs vertrekt. Ditmaal niet zo'n mooie trein als gisteren, maar een verzameling Corail-rijtuigen van voor het Thalystijdperk.
 
 
 

Met een een-twee-drie-in-godsnaam hijs ik mijn fiets en de bepakking erin en wurm het allemaal door een smal gangpad naar een ontstoelde zespersoonscoupée, waar al twee fietsen staan. Het is al heel wat dat ze hier mogen staan. In de gloriejaren van de Corailtrein mochten er sowieso geen fietsen in. In de treinen werd toen nog volop gerookt, ook door de bobo's van de SNCF; maar 'vieze fietsen' in een trein die bedoeld was voor 'de zakelijke markt', dat zal voor deze bobo's wel onbespreekbaar zijn geweest.

 
 
20 augustus 2022, etappe 2: Gare du Nord - Gare Saint Lazare op de fiets (2 km)
 
 
Vroeg in de middag sta ik in Parijs op het Gare du Nord. Over een paar uur vertrekt mijn volgende trein vanaf Gare Saint Lazare, 2 km verderop. Vanochtend had ik geen tijd om ergens koffie te drinken. Fietsend door de stad zoek ik nu naar een geschikte koffietent. In Frankrijk is het op de meeste terrassen not done om tussen 12 en 14 uur alleen koffie te willen; en de barretjes waar dat wel zou kunnen, zijn dan meestal dicht. Bovendien wil ik mijn fiets veilig neer kunnen zetten en in het zicht kunnen houden. Even lijkt het erop dat ik te hoge eisen stel, maar vlak voor Saint Lazare vind ik toch nog wat ik zoek: een pâtisserie met goede koffie, die 's middags open blijft! Met lege stoelen, want haast iedereen is nu aan het lunchen.
 
 
De resterende tijd vermaak ik me met wat de directe omgeving van het station te bieden heeft.
 
 
 
 
20 augustus 2022, etappe 3: Parijs - Carentan per trein (316 km)
 
 

Zoals gebruikelijk in Frankrijk, heeft mijn trein geen vast vertrekspoor. Ik moet dus wachten tot dat spoor bekend wordt gemaakt. Zodra dat gebeurt bij een belangrijke trein op een groot station, komen ineens uit alle hoeken en gaten van zo'n station reizigers tevoorschijn die zich naar het aangekondigde perron begeven. Soms staat de bewuste trein al lang op zijn vertrekspoor, maar wordt dat pas bekend gemaakt nadat de trein is schoongemaakt. Met mijn fiets wil ik graag een van de eerste instappers zijn, dus probeer ik van tevoren in te schatten van welk spoor mijn trein hoogstwaarschijnlijk zal vertrekken. Dan ga ik dichtbij de toegang naar dat spoor staan, zodat ik er met zo min mogelijk tijdsverlies een fietshaak kan bemachtigen. Vandaag is mijn strategie succesvol. De trein die ik al op het oog had, blijkt inderdaad richting Cherbourg te gaan. Wanneer ik mijn fiets heb opgehangen, is het al zo druk in deze trein, dat ik blij ben dat ik hier een zitplaats heb kunnen reserveren. Weliswaar zit ik tegenover een vrouw met jonge kinderen, maar die worden goed bezig gehouden, veranderen niet in gilkikkertjes of speenspugertjes en zitten ook niet in de terrible-two-fase.

Tegen 18:00 stap ik uit in Carentan. De komende week fiets ik langs alle hoeken en gaten van Cotentin en daarna wordt het weer 1 à 2 dagen boemelen om thuis te komen.

 
28 augustus 2022, etappe 1: Coutances - Lison per trein (48 km)
 
 
Acht dagen later besluit ik om weer huiswaarts te keren. In Coutances tref ik op het station een wachtende menigte aan plus een viertal fietsen. Dat beloofd spannend te worden. Gelukkig stappen hier ook fietsers uit en lukt het zowaar om een fietshaak en een zitplek te bemachtigen.
 
 
28 augustus 2022, etappe 2: Lison - Carentan op de fiets (26 km)
 
 

In Lison besluit ik om naar Carentan te fietsen, 26 km verderop. Ik wil nog even checken of een nieuw fietspad bij Isigny, dat in april nog niet klaar was, inmiddels af is. Ook was het me in april opgevallen dat er tussen Carentan en dat nieuwe fietspad wel 10 km lang geen bordjes van de Vélomaritime waren te vinden. Ik heb ik er wel een gps-track van, maar ik heb ook geconstateerd dat de tracks van de Vélomaritime soms afwijken van de routes waar de bordjes staan. Dus wil ik dat nog even checken, nu ik toch in de buurt ben.

Een paar uur later ben ik weer op de camping van Carentan. Het nieuwe fietspad is helemaal af, maar de bordjes zijn er nog steeds niet. Ik weet nu genoeg en ga uitzoeken hoe ik morgen het beste terug kan reizen.

 
29 augustus 2022, etappe 1: Carentan - Parijs per trein (316 km)
 
Het best kan ik weer via Parijs reizen. Het zou korter zijn om via Rouen te reizen, maar treinen op de trajecten Caen - Rouen en Rouen - Amiens zijn heel schaars en sluiten sowieso niet op elkaar aan. Via Parijs is toch sneller, als er tenminste plek is in de rechtstreekse en vast weer drukke trein naar Parijs. Ik kan in ieder geval een zitplaats reserveren. De trein komt uit Cherbourg en Carentan is pas de tweede tussenstop, dus er zullen vast nog wel fietshaken zijn.
 
 

Helaas staat een andere fietser net iets dichter bij de toegang tot de fietshaken, waarvan er in deze lange nieuwe trein slechts drie (!) blijken te zijn. Aan de resterende twee haken hangen ook al fietsen. Mij rest nu weinig anders dan mijn fiets hier provisorisch neer te zetten, want er gaat hier maar eens in de twee uur een trein naar Parijs en mijn kaartje is ook niet meer geldig in de volgende trein. De zitplaats die ik gereserveerd heb, blijkt twee wagons verderop te zijn, ver weg van mijn fiets. Gelukkig is er nog een klapstoeltje vrij, waarvandaan ik mijn fiets in de gaten kan houden, nu hij niet veilig aan een haak vastzit.

Dankzij de klapstoel lijkt het toch nog een redelijk comfortabele rit te worden; tot Bayeux, waar een man en twee peuters de overgebleven klapstoeltjes innemen. Het jongste kind zit duidelijk in de terrible-two-fase en laat om de paar minuten een oorverdovend 'Aaaah!' horen. Het iets oudere zusje houdt het na een kwartier niet meer uit op haar klapstoeltje. Ze rent en springt heen en weer, het laatste restje van mijn comfortzone aan gruzelementen trappend. In Caen komen er nog twee fietsen bij, die op het laatste stukje vrije vloerruimte kunnen staan.

Ik probeer me op mijn iPad te concentreren, maar mijn lichaamstaal kan slecht liegen. Af en toe werp ik een vernietigende blik naar de man met zijn kroost. Wanneer de jongste begint te krijsen met het volume van een bladblazer, zou ik haar het liefst een flinke tik hebben gegeven, maar tussen droom en daad staan nu eenmaal wetten en praktische bezwaren. Ik laat slechts een afkeurend gesis horen. Dat helpt niet, integendeel. De vader maakt me duidelijk dat hij dit deel van de trein als een vrijplaats beschouwt en vindt dat ik maar ergens anders moet gaan zitten. Dat ik hier ook zit om te voorkomen dat mijn fiets bovenop zijn kids kukelt, interesseert hem geen moer. De rest van de rit verloopt in een ijzige sfeer.

 
29 augustus 2022, etappe 2: Gare Saint-Lazare - Gare du Nord op de fiets (2 km)
 
 
Mijn opluchting is groot wanneer ik uit kan stappen op Saint Lazare. Op naar de pâtisserie, waar ik met een grote bak koffie en een verse amandelcroissant mijn ochtendhumeur weg kan spoelen.
 
 
De 2 km naar Gare du Nord is nog geen walhalla voor fietsers. Behoedzaam navigeer ik over provisorische fietsstroken langs half opgebroken wegen door het drukke stadsverkeer.
 
(klik op video)
 
De laatste hobbel voor Gare du Nord is een bescheiden atlantikwalletje tegen wagens met explosieven.
 
29 augustus 2022, etappe 3: Parijs - Leiden per trein (524 km)
 
 
In het station staan TGV's en een Thalys al klaar op sporen die nog niet zijn vrijgegeven. Met mijn fiets en kortingskaart moet ik het nu doen met de TER naar Amiens, helemaal links.
 
 
De trein naar Amiens is aangenaam leeg omdat heel Frankrijk nu aan het lunchen is. Voor de verandering heeft deze trein geen fietshaken, maar een uitklapbaar rek met openingen, wellicht voor ski's bedoeld - al heeft dat hier ten noorden van Parijs weinig nut. Ik zet mijn tassen erbovenop en mijn fiets ertegenaan.
 
 
In Amiens zou ik 8 minuten hebben om over te stappen. Helaas loopt mijn trein wat vertraging op en vertrekt de TER naar Lille op een heel ander spoor. Er zijn weliswaar liften, maar tegen de tijd dat ik het juiste perron heb gevonden, rijdt deze trein net weg.
 
 

Gelukkig gaat de volgende trein over een uur, wat voor Franse maatstaven al best snel is. Bovendien heb ik nu tijd om proviand in te slaan in de supermarkt naast het station. De resterende wachtttijd benut ik om het Gare d'Amiens, wat voor reizigers met fietsen een belangrijk overstapstation is, eens goed in kaart te brengen.

 

 

Het station van Amiens bestaat uit twee delen; spoor 1 tot en met 7 liggen aan doorgaande sporen, waarover treinen zowel naar het oosten (richting Lille, Parijs of Laon) als naar het westen (richting Rouen of Boulogne) kunnen rijden. De overige sporen, 8 tot en met 12, vormen een kopstation, dat alleen voor treinen uit het oosten te bereiken is. De perrons van de sporen 7 tot en met 12 zijn gelijkvloers met elkaar verbonden; om vanaf die perrons spoor 1 tot en met 5 te bereiken, moet je een voetbrug over, die met roltrappen en een lift te bereiken is. Oplettende lezers zullen gemerkt hebben dat spoor 6 ontbreekt. Dat was ooit een inhaalspoor dat in de jaren '50 is opgeofferd om het perron langs spoor 7 breder te kunnen maken.

Ook spoor 1 heeft een lift; spoor 2 en 3 hebben een roltrap die meestal naar boven gaat. Je hebt echt pech als je aankomt op spoor 4 of 5, want die perrons zijn alleen met een hoge vaste trap te bereiken, tenzij het stationspersoneel een gelijkvloerse spoorovergang open wil zetten.

 
 

Iets na 17 uur bereik ik Lille-Flandres, waar ik opnieuw de volgende trein nog net weg kan zien rijden.

Aanvankelijk was ik van plan om hier naar een camping te fietsen. Dan zou ik morgenochtend nog wat veldwerk voor de frontlijnroute kunnen verrichten rond Armentières (waar een jaagpad dat enkele jaren terug nog voor een deel alleen uit gras en modder bestond, nu beter befietsbaar zou zijn sinds dit jaagpad onderdeel is van het Noord-Franse fietsknooppuntennetwerk). Later op de dag wilde ik dan met de trein terug naar huis reizen.

Nu krijg ik echter berichten dat er morgen helemaal geen treinen van de NS zullen rijden. Dat er morgen in het midden van het land gestaakt gaat worden, is al weken bekend. De laatste weken werd er al in het noorden en oosten gestaakt, maar in andere delen van het land bleven de treinen dan zonder veel problemen rijden. De trein die ik morgen nodig zou hebben - van Roosendaal naar Leiden - komt niet in de buurt van de regio Utrecht, en zou van een staking in die regio geen last hoeven te hebben. De NS denkt daar blijkbaar anders over en heeft nu, een halve dag (!) voor de reeds lang geplande staking, toch maar besloten om dan gelijk het hele spoornet stil te leggen. Dus kan ik beter proberen om vandaag nog thuis te komen. Als dat tenminste nog lukt; de NS-reisplanner laat op dit moment al een hele rits uitgevallen treinen zien en geeft ook voor vandaag het advies om niet de trein te nemen!

Nu ik zojuist de trein naar Kortrijk heb gemist, moet ik een uur wachten op de volgende. Gelukkig is de omgeving van Lille-Flandres rijk voorzien van terrassen.

 
 

Ondertussen communiceer ik via Signal met het thuisfront.

18:07 K: Vertrek zo dadelijk uit Lille. Zo te zien rijdt er bijna niks meer vanuit Roosendaal.
18:08 C: Op de NS-app nog elk half uur, toch?
18:10 K: Ja, met sprinters via Geldermalsen en Utrecht. Dan zou ik rond 1:00 uur thuis kunnen zijn...
18:16 C: Dat is niks. Ik kan de auto van Ron lenen en naar Roosendaal komen. Of naar Antwerpen, dat is maar een half uur langer. Alleen kan ik daar niet om 20:30 zijn (dan ben jij er volgens de planner). En dan de trein van 20:44 naar Roosendaal. Als je die niet haalt, kan ik beter naar Antwerpen komen.
18:16 K: Roosendaal zou moeten lukken.
18:19 C: Eerst zien en dan geloven natuurlijk
😂
18:20 K: Dat is een Belgische trein. Daar staken ze nu niet.
18:20 C: Koeien, boeren, wie weet wat er nog op het spoor gaat staan...
18:21 K: België is tegenwoordig een stuk georganiseerder dan Nederland
😉

18:57 K: Zit nu in trein naar Antwerpen.
18:58 C:
👍
18:59 K: Helaas moet je tegenwoordig overstappen in Kortrijk, waar alleen maar vaste trappen zonder fietsgootje zijn.
19:04 C: Maar dat heb je dus gered.
19:05 K: Als Martin van Doornik dit nog kan, moet mij dit ook lukken. Tussendoor ook nog even een Belgisch fietskaartje gekocht.
19:05 C:
😂

In Antwerpen reis ik verder met de trage boemel naar Roosendaal, omdat het nog augustus is en de intercity naar Nederland dan verboden is voor fietsen zonder reservering.

19:24 K: Nu rijden er volgens de planner wel weer intercities van Roosendaal naar Leiden.
19:45 C: Oh, dan is dat het makkelijkst... Wat zullen we? Dingen kunnen ook zo weer uitvallen natuurlijk...
19:47 K: Als het lukt, scheelt het wel een hoop gedoe. Dan zou ik om 23:15 in Leiden kunnen zijn.
19:59 C: Gaan we het dan gokken?
20:02 K: Vind ik wel avontuurlijk
😉. Die trein komt uit Vlissingen, dus zal in Roosendaal nog niet bomvol zijn. Als het later toch spaak loopt, ben ik misschien al in Rotterdam.
20:08 C: Dan blijf ik hier. Anders zet je je tentje maar op.
20:10 K: OK, duimen dan maar.

Al sinds de jaren '70 ben ik een Bewust Rijbewijsloze Fietser. Zolang ik mogelijkheden zie om ergens zonder auto te komen, waag ik het erop.

21:46 K: Sta nu in Roosendaal.

 
 

22:09 K: Lange dubbeldekker en nu nog heerlijk rustig.
22:11 C: Top! Denk dat veel mensen afgeschrikt zijn.

Om 23:15 stopt mijn trein in Leiden, met - voor wie de kleine letterjes op de displays nog niet had gelezen - de mededeling dat deze trein niet verder zal rijden. In één dag van Normandië naar Leiden - I made it!

 
15 september 2022, etappe 1: Leiden - Lille per trein (320 km)
 
In september wil ik opnieuw veldwerk gaan verrichten; ditmaal in Bretagne, vanaf Morlaix. Dat ga ik niet in een dag halen. Wel wil ik proberen om een flink eind in Normandië te komen, zoals in april. Net als toen ga ik eerst met de intercity naar Antwerpen. Nu de zomer voorbij is, is ook de reserveringsplicht voor fietsplekken in deze trein weer voorbij; zelfs vrijwillig reserveren is dan niet mogelijk.
 
 

Eerst reis ik weer naar Schiphol, waar de kans op een fietsplek en een zitplaats groter is dan in Rotterdam. In Breda, waar de trein toch al 10 minuten lang stilstaat om kop te maken, loopt de trein extra vertraging op omdat de machinist voor het Belgische traject er nog niet is. Wanneer de trein weer rijdt, is het zo druk, dat veel reizigers in het gangpad moeten staan.

In Antwerpen ben ik gelukkig nog op tijd voor de trein richting Kortrijk. Van de conducteur die het fietsenkot voor me opent, mag ik in de eersteklas coupé gaan zitten, die zich in deze trein dichter bij mijn fiets bevindt dan de tweede klas. Anders dan in april fiets ik vandaag niet van Menen naar Lille, maar stap ik in Kortrijk over op de boemel naar Lille; met als nadeel de beruchte Kortrijkse trappen zonder fietsgoot, maar als voordeel dat ik een kleine kans heb om in Lille de aansluitende trein naar Amiens te halen. Volgens de dienstregeling vertrekt deze slechts 2 minuten na aankomst van de trein uit Kortrijk; en ook nog aan de andere kant van dit overigens gelijkvloerse station.

 
 
Helaas lukt het niet om die trein nog te halen, omdat de Belgische trein wat vertraging oploopt en de trein naar Amiens op tijd is vertrokken. De volgende vertrekt pas 2 uur later. Een voordeel van dit nadeel is dat ik nu een paar uur kan sightseeën in Lille.
 
 
Ik lust nog wel een kop koffie; in Antwerpen was daar amper tijd voor. Wel is het inmiddels lunchtijd - en dan hoor je in Frankrijk eigenlijk geen koffie meer te drinken. Ditmaal vind ik geen patisserie die 's middags open blijft, maar wel een bar-tabac met lege tafeltjes zonder wijnglazen. Daar zijn koffieklanten altijd welkom!
 
 
Tussen het oude kopstation Lille-Flandres en het nieuwe Lille-Europe voor hogesnelheidstreinen ligt aan de ene kant van de weg een glazen stad met winkels en hotels...
 
 
...en aan de andere kant een park met hier en daar trekkerstentjes, waar gestrande reizigers zonder papieren vermoedelijk wachten op een kans om mee te kunnen met de Eurostar naar Londen.
 
 
En dan wordt het tijd om weer terug te keren naar de stationshal om daar nog even te wachten tot het vertrekspoor van de trein naar Amiens bekend wordt. Ondanks de zwaar bewapende beveiligers die hier sinds 2015 patrouilleren, heerst er op het eerste gezicht een ontspannen sfeer.
 
 
15 september 2022, etappe 2: Lille - Rouen per trein (246 km)
 
 

Ik hang wat rond in de buurt van de perrons met de laagste nummers, waar meestal de treinen naar Amiens vertrekken. Zodra het vertrekspoor bekend wordt gemaakt, bereik ik als een van de eerste reizigers de coupé met fietshaken. Daarna krijgt mijn fiets gezelschap van een oud stalen racefietsje en wat nieuwere alu-fietsjes van Decathlon: een hybride en een vouwfiets met drijfriem.

 
 
Helaas maken deze rustig aan hun haak bungelende fietsen in Douai plaats voor een kinderwagen met een gewapende killerkoter. Deze wordt recht tegenover mij neergezet en is klaar voor de aanval.
 
(klik op video)
 

Terwijl ik me probeer te verschansen achter mijn iPad, duurt het wel erg lang voordat de trein weer in beweging komt. In een slakkengang boemelen we naar Arras, waar iedereen wordt verzocht om uit te stappen. Op het perron wacht ik met andere gestrande reizigers op de dingen die komen gaan.

Arras ken ik goed van de Frontlijnroute. Meer dan eens was dit station het begin- of eindpunt van een weekje veldwerk. Vandaag zou ik liever nog een stuk verder willen komen.

 
 
Na drie kwartier arriveert de volgende trein uit Lille. Deze rijdt wel door naar Amiens, al is het wederom in een slakkengang. De trein is niet berekend op zoveel reizigers als er nu instappen, maar ik ben allang blij met een rustige staplek in een gang met drie lege fietshaken; zonder gilkikkers of telefoontetteraars in de buurt. Inmiddels krijgt de trein ook weer vaart.
 
 
De trein arriveert niet zonder vertraging in Amiens. De aansluitende trein naar Rouen is dan al vertrokken en de volgende komt met een half uur vertraging. Ik haal wat eten en neem plaats op een bankje, terwijl een van de reizigers probeert om een acceptabel geluid uit de piano te toveren op wat niet bepaald het meest sfeervolle station van Frankrijk is.
 
 

Het is inmiddels al 19:00 uur. En er is een camping in Amiens, een kwartier fietsen van het station. Ik ga uitzoeken hoe ik morgenochtend hiervandaan het beste verder zou kunnen reizen. Dat blijkt alleen via Parijs te kunnen, maar alle doorgaande treinen van Parijs naar Bretagne - die soms ook fietsplekken hebben - moeten gereserveerd worden en zijn voor morgen allemaal volgeboekt. En met TER-treinen van Parijs naar Bretagne is helemaal een wereldreis...

Dus reis ik toch maar door naar Rouen, waar ik om 21:20 aankom.

 
15 september 2022, etappe 3: overnachten in Rouen (5 km)
 
In de trein had ik een betaalbare hotelkamer in Rouen gevonden, niet te ver van het station. Mijn boeking werd echter niet bevestigd; ik had op dat moment ook heel weinig mobiel bereik. Bij de receptie is mijn boeking niet ontvangen, maar het soort kamer dat ik wil is nog beschikbaar voor een acceptabele prijs. Mijn fiets kan vannacht in een leeg zaaltje staan.
 
 
Ik buig me nog eens over de treinopties voor morgen. Als ik in de Franse reisplanner simpelweg een ticket van Rouen naar Morlaix probeer te kopen, worden alleen routes getoond waarvoor zitplaatsen gereserveerd moeten worden. Die zijn allemaal uitverkocht. En dan heb ik nog geen fiets aangevinkt...
 
 
De Duitse treinplanner werkt veel beter, omdat je daarin aan kunt vinken dat je niet met snelle treinen wilt reizen. Het online aanschaffen van een Frans treinkaartje kan echter alleen met de Franse planner. Deze heeft wel een 'via'-optie, waarmee je maximaal één via-station kunt kiezen. Dat probeer ik eerst met Caen en daarna met Rennes, maar ook dan komen er alleen volle treinen via Parijs in beeld. Het toverwoord blijkt 'Lison' te zijn: een plaatsje tussen Caen en Rennes, zonder directe treinen naar Parijs. Morlaix is haalbaar met TER-treinen, als ik om 8:07 uit Rouen vertrek.
 
 

Het hotel staat vlak naast een ziekenhuis. Het is nog donker als ik wakker schrik van een traumahelikopter. Dan is het al 7:00 uur. "Shit, ik moet een trein halen!", besef ik. Snel sta ik op, pak mijn spullen in en fiets weg van het hotel. Ontbijten doe ik wel in de trein. In de ochtendschemering bereik ik station Rouen Rive Droite, waar na 10 minuten wachten mijn vertrekspoor wordt aangekondigd.

 
 
16 september 2022: Rouen - Morlaix per trein (607 km)
 
 

Er volgt een probleemloos treinreisje van anderhalf uur naar Caen, waar ik nog eens anderhalf uur tijd heb om koffie te drinken. Van de volgende trein is al vroeg het vertrekspoor bekend; vervolgens duurt het echter nog wel 20 minuten voordat de deuren van deze trein ontgrendeld worden en de reizigers in kunnen stappen. Na een ontspannen rit van meer dan drie uur en tien tussenstops - waarbij af en toe een glimp van de abdij van Mont Saint-Michel is te zien - is Rennes het eindpunt. Daar zou een dik uur later mijn volgende trein moeten vertrekken.

Pas 6 minuten voor de geplande vertrektijd wordt bekend gemaakt op welk perron de TER-trein richting Brest is te vinden. Ik spoed me naar een lift, die defect blijkt te zijn. Inmiddels is in het station een heuse volksverhuizing op gang gekomen; de trappen stromen nu helemaal vol met reizigers. Blijkbaar probeert iedereen die geen ticket meer kon krijgen voor de TGV, nu met deze TER-trein weg te komen. Net op tijd vind ik een andere lift, waar ik met nog drie reizigers in pas. Op het perron drijf ik mee in de stroom van mensen en rolkoffers tot ik een treiningang met een fietssymbool zie. Ik duw mijn fiets de trein in en zet hem tegen een andere fiets, gooi de tassen op de grond en blijf dan staan tussen mijn fiets en het toilet. Andere fietsen die later nog binnenkomen, worden pal tegen de treindeuren aan de overzijde gemanoeuvreerd.

 
 

Verder wordt er zacht gebabbeld, zijn er geen krijsertjes en is de conducteur uitermate relaxed. Blijkbaar ben ik in de vrijdagmiddagspits beland. Ik krijg niet de indruk dat iemand zich druk maakt over de schots en scheef staande fietsen. In Saint Brieuc zijn veel in- en uitstappers, waardoor ik een klapstoeltje kan bemachtigen.

 
 
Ook in Guingamp is het een gaan en komen van reizigers. Allemaal jongeren met veel bagage. Het is nog een half uurtje naar Morlaix...
 
 
Om 17:35 is het leed geleden. De deuren van de trein gaan open en ik ben in het beloofde land!
 
 
Een uurtje later heb ik me geïnstalleerd op een fraaie camping met een eigenaar die randonneurs en cyclotouristes al op zijn website verwelkomt. Er is zelfs een hoekje met speciale usb-stekkerdozen om powerbanks te laden. Morgen kan het veldwerk beginnen!
 
 
26 september 2022: Avranches - Granville per trein (33 km)
 
Tien dagen later fiets ik in Normandië. Het mooie nazomerweer heeft nog een week stand gehouden, maar wordt nu verdreven door een eerste aanval van de herfst.
 
 
Ook mijn achtervelg heeft er geen zin meer in. Na 32 000 km geeft een scheur op het remvlak van mijn velg aan dat het tijd wordt om huiswaarts te keren.
 
 
Aan de binnenkant wordt deze velg nog wel bij elkaar gehouden, zoals op het plaatje hieronder is te zien. Wel zet de velg boven het scheurtje iets uit door de druk die de band erop uitoefent. Met de achterrem is hier sinds gisteren duidelijk een oneffenheid te voelen. Om de druk op de velgrand te verminderen, laat ik nu wat lucht uit de achterband lopen.
 
 
Vandaag had ik langs de kust richting Granville willen fietsen. Wanneer ik vlakbij het station van Avranches ben, doet een blik op de buienradar me besluiten om hier gelijk maar de trein te pakken.
 
 
In Granville wordt het in de loop van de middag droog genoeg om nog zo'n 30 km aan veldwerk te doen.
 
 
Ten zuiden van Granville wordt de doorgaande kustroute, die 's zomers erg druk kan zijn, wat veiliger gemaakt voor fietsers. Dat kan een verbetering zijn voor fietsers die hier op willen schieten en niet toevallig aan de aan de verkeerde kant van de weg wonen. Voor vakantiefietsers blijf ik de landelijke kronkelweggetjes, die wat meer landinwaarts lopen en waar je meer vogelgeluiden dan autogeraas hoort, aantrekkelijker vinden.
 
 
Nog eenmaal slaap ik in mijn tent op een goed tegen de wind beschutte camping. Een paar honderd meter verderop is de strandpromenade al aan een winterslaap begonnen.
 
 
27 september 2022, etappe 1: Granville - Parijs per trein (328 km)
 
 

Granville heeft een kopstation dat wordt bediend door dieselmaterieel. Het is ook een beginstation in een dunbevolkte regio. De vakantietijd is al een maand voorbij en in de trein is nu volop ruimte. Het enige minpuntje is dat hier 's ochtends om 8:30 niet aan koffie is te komen.

Op het perron hangt er een bord waarop duidelijk is te zien hoe de treinen zijn ingedeeld. Ook waar de fietsplaatsen zijn: helemaal voor en helemaal achter in elk treinstel. En een fietsplek kan met de SNCF-app gratis gereserveerd worden.

 
 
Dit deel van de reis gaat helemaal volgens plan. Lekker dagdromend zie ik vanuit het treinraampje Normandische landschappen voorbijkabbelen. Rond het middaguur arriveer ik in Parijs op Gare Montparnasse.
 
27 september 2022, etappe 2: Gare Montparnasse - Gare du Nord fietsend (6 km)
 
 
Ik heb een uur om van Montparnasse naar Gare du Nord te fietsen. Dat lijkt meer dan genoeg voor een afstand van 6 km. Hoewel het er een stuk fietsvriendelijker is dan 20 jaar terug, zijn de brede boulevards van Parijs nog lang geen volwaardige fietssnelwegen. Drukke kruispunten, stoplichten, zebrapaden, voetgangerzones, busjes die een fietspad blokkeren, rondslingerende elektrische stepjes, hyperassertieve fietskoeriers en pijlsnelle eenwielers die uit het niets tevoorschijn komen, drukken mijn tempo zodanig dat ik toch wel drie kwartier nodig heb om deze rit zonder kleerscheuren af te leggen.
 
(klik op video)
 
27 september 2022, etappe 3: Parijs - Maubeuge per trein (227 km)
 
 

Op het Gare du Nord zijn de rijen voor de betere koffieverkopers te lang voor het kwartier dat me nog rest voordat mijn volgende trein vertrekt. Op weg naar het juiste vertrekspoor lukt het me nog om uit een eenzame automaat een kartonnen bekertje met slootwater te halen, dat ik transportabel maak door het over te gieten in mijn stevige waterdichte coffee-to-go-beker.

De trein naar Maubeuge is zoals gebruikelijk een museumstuk uit de vorige eeuw. Wat je ook van het afgeragde Corailmaterieel mag vinden, er zijn nu meer dan genoeg vrije zitplaatsen in deze lange trein. Het is bijna 5 minuten lopen naar de lege fietscoupé vlakbij de locomotief.

 
 
In de coupé's ernaast is de originele inrichting met wegzakstoelen en stoffige gordijntjes uit een doorrookt tijdperk nog intact. Nadat ik me op het zachte pluche heb genesteld en een antihistaminepilletje tegen huisstofmijtallergie heb geslikt, pak ik mijn koffiebeker en slaag ik er zowaar nog in om eventjes de illusie te koesteren van een barista-ervaring in de Orient Express.
 
 

Een paar uur later bereikt de trein zijn eindpunt in Maubeuge. Vroeger sloegen deze treinen 3 km voor Maubeuge linksaf en reden ze verder door België naar Bergen en Brussel; sommige treinen zelfs tot Amsterdam. In 1996 werd deze grensoverschrijdende verbinding opgeheven na de komst van de Thalys, die via een ander traject rijdt. Tot 2015 was er nog wel een Thalys-verbinding Bergen-Parijs, maar ook die maakte een omweg via Lille.

Op het Belgische deel van deze lijn bleven nog wel treinen rijden tussen het grensstation Quévy en Bergen. Voor Franse treinen werd Maubeuge het eindstation. Van 2018 tot en met 2022 reed hier weer een grensoverschrijdende personentrein: 's ochtends vroeg en 's avonds een retourrit tussen Aulnoye-Aimeries en Bergen. Door de lage frequentie en een gebrek aan publiciteit werd dit geen succes. Eind 2022 werd de stekker uit deze verbinding getrokken. Sindsdien gaat er wel om de 2 uur een trein van Maubeuge naar Charleroi.

Maubeuge ligt in een regio waar stations met liften zeldzaam zijn, maar tot mijn vreugde is er wel een mooie fietsgoot naast de trap. Zonder veel inspanning duw ik mijn fiets met bepakking over de roestvrije glijbaan naar boven. Vandaag ben ik best wel te spreken over de SNCF.

 
 
27 september 2022, etappe 4: Maubeuge - Quévy op de fiets (11 km)
 
 
Na mijn aankomst in Maubeuge zal het nog lang duren voordat hier een trein naar België vertrekt. Daarom besluit ik om naar Quévy te fietsen, 11 km verderop, waar elk uur een trein naar Bergen vertrekt. Bij de Belgische grens is het een beetje aanmodderen op een grindpad, maar per saldo verloopt dit tochtje sneller en relaxter dan het ritje dat ik eerder op deze middag in Parijs maakte.
 
 
In Quévy staat de trein naar Bergen al in de startblokken. Het grote stationsgebouw met de dichtgetimmerde ramen was ooit een belangrijk grensstation, waar de treinen tussen Brussel en Parijs stopten voor de grenscontroles en een locomotiefwissel. Rechts op de foto zijn de sporen te zien die doorlopen naar Frankrijk. Daar rijden nu alleen nog goederentreinen langs.
 
 
27 september 2022, etappe 5: Quévy - Leiden per trein (263 km)
 
 
Na een kwartier komen de rafelranden van Bergen in zicht. Uitgerangeerde schroottreinen doen vermoeden dat hier een levendige graffiti scene bestaat.
 
(klik op video)
 

Dan gaat de trein stapvoets rijden en komt even later helemaal tot stilstand. Na 5 minuten ontpopt de conductrice zich als gastvrouw voor het handjevol reizigers in deze trein. Ze vraagt me waar ik heen wil en antwoordt vervolgens dat ik mijn aansluiting naar Brussel waarschijnlijk ga missen. Dat had ik zelf ook al bedacht. Even later laat ze me weten van welk perron de volgende trein naar Brussel vertrekt, met excuses voor de opgelopen vertraging.

Na 20 minuten komt er weer beweging in de trein. Op het station van Bergen zie ik dat de trein naar Brussel er nog wel staat, maar inmiddels zo vol is dat ik liever de volgende neem. Waar en wanneer die zal vertrekken, wordt voorlopig niet duidelijk. Displays op het station laten voortdurend uitgevallen treinen en gewijzigde sporen zien. Eigenlijk past deze situatie wel bij dit station, dat in 2015 feestelijk geopend had moeten worden toen Bergen een jaar lang de Culturele Hoofdstad van Europa mocht zijn.

"Even Calatrava bellen", moeten de bestuurders van Bergen gedacht hebben toen hun stad deze titel had binnengehaald. Het oude stationsgebouw werd in 2013 gesloopt om plaats te maken voor een creatie van de Spaanse bouwmeester Santiago Calatrava. Sindsdien heeft Bergen zijn eigen varianat op de Sagrada Familia: een bouwput met allure, onverenigbaar met krappe deadlines en beperkte budgetten. De oorspronkelijke kostprijs voor dit station was berekend op 37 miljoen euro, maar was begin 2023 bijna vertienvoudigd. Een van de aannemers ging failliet en met onderaannemers braken conflicten uit, waardoor de bouw lange tijd heeft stilgelegen. Door de 60/40 verdeelsleutel tussen Vlaanderen en Wallonië gingen de kostenoverschrijdingen aan het station van Bergen ten koste van Waalse spoorinfrastructuur; zelfs de vernieuwing van bovenleidingen moest uitgesteld worden.

Ik weet niet of deze verdeelsleutel ook van toepassing is op het rollend materieel, maar krijg wel de indruk dat hier meer stokoude treinen rondrijden dan op stations in Vlaanderen. Verder valt me op dat hier veel rokende en rijk getatoeëerde reizigers rondlopen.

 
 
Sinds de afbraak van het voormalige station kunnen twee eilandperrons bereikt worden via lange looproutes en tijdelijke voetbruggen. Met mijn fiets maak ik hier dankbaar gebruik van. Elke keer wanneer het vertrekspoor van de trein naar Brussel wordt gewijzigd, begin ik opnieuw aan de lange mars over de hellingbanen. In de verte lonkt dan steeds weer het nieuwe wereldwonder van Calatrava, waarvan het dak inmiddels voltooid is, maar de liftschachten nog leeg zijn.
 
 

Uiteindelijk vind ik een trein die me naar Brussel brengt, na een ongewild maar toch interessant oponthoud op het station van Bergen.

In Brussel Zuid mis ik de aansluitende intercity naar Nederland. Ik ga op zoek naar een portie verse friet, wat resulteert in een lange zoektocht door het sfeerloze winkelcentrum onder de perrons van dit grote station. Op elke andere drukke plek in België had zo'n zoektocht waarschijnlijk een half dozijn frietkotten opgeleverd. Uiteindelijk kan ik toch met een gevulde maag in de trein stappen. Op de laatste dinsdag van september om 19:45 valt het met de drukte in deze trein wel mee. Met nog een overstap in Rotterdam ben ik voor 23:00 thuis.

 
(Deze reisverslagen hebben eerder op het wereldfietserforum gestaan)